Tekst Andrea Jansen
Foto Shutterstock

In 2018 kwam er een einde aan zaalvoetbalclub ‘t Knooppunt in de Amsterdamse Pijp. De succesvolle club bleek al jaren gefinancierd te worden door een topman van de mocromaffia. Rechercheur Arno van Leeuwen, inmiddels met pensioen, speelde een sleutelrol in de strijd tegen deze en andere Amsterdamse criminele clubs.

Het begon in mei 2013 in het Scheepvaartmuseum in Amsterdam. Tijdens het dancefeest Waterfront werd Souhail Laachir geliquideerd door een handlanger van topcrimineel Gwenette Martha. Laachir stond bekend als de financiële man van één van de rivalen van Martha. De link met de voetbalwereld werd na de liquidatie al snel gelegd. Niet alleen omdat onder de getuigen topvoetballers waren, die aan de VIP-tafels van de beide rivaliserende bendes waren uitgenodigd. Maar vooral omdat de geliquideerde Laachir ook de financiële man was achter zaalvoetbalclub ’t Knooppunt. 

“Spelers werden zwart betaald door één van de kopstukken van de mocromaffia”

Dodenlijst

’t Knooppunt was op dat moment een van de topclubs in het Nederlandse zaalvoetbal, die elk jaar kans maakte op het landskampioenschap, de beker en de Europacup. Veel spelers van ’t Knooppunt kwamen namens Oranje uit in internationale zaalvoetbalwedstrijden. Topspelers werden aangetrokken vanuit het hele land en zelfs vanuit België, om in de Amsterdamse Pijp te spelen. Van informanten hoorde de politie dat deze spelers zwart werden betaald door Houssine 'Hoes' A., één van de kopstukken van de mocromaffia. A. zat zelf in Marokko omdat zijn naam op een dodenlijst stond, maar familieleden zaten in het bestuur van de club. Een paar van die familieleden werden zelf ook in verband gebracht met liquidaties.
 

Suikeroom

Dat criminelen een vinger in de pap hadden bij Amsterdamse sportverenigingen, dat wist Van Leeuwen al veel eerder. “Ik voetbalde zelf en zag elk jaar wel een paar clubs met een ‘criminele suikeroom’ die kampioen werden.” De bekendste is de club Türkiyemspor, waarvan de sponsor een belangrijk man was in het criminele circuit, maar ook te zien was in een tv-serie van de publieke omroep en met de kroonprins op de foto ging. “We zaten ons daar bij de recherche helemaal over op te vreten. Tot hij in 2007 werd doodgeschoten. Ik kreeg die zaak. Zo rolde ik in de aanpak van ondermijning in de sport.” 

Türkiyemspor werd na de dood van de sponsor opgeheven omdat, met het wegvallen van de criminele weldoener, de enorme belastingschuld niet kon worden betaald. Maar dit was pas het topje van de ijsberg. Niet alleen sommige voetbalclubs bleken onder invloed te staan van criminelen, maar ook het jaarlijkse kickboksgala, een enorme happening in de Arena die live op tv werd uitgezonden. Van Leeuwen: “De eerste VIP-tafel voor de ring was gereserveerd voor leden van criminele motorclubs, daarachter zaten veel criminelen. De beveiliging werd gedaan door de Hells Angels.” Van Leeuwen zag toen hoe effectief de samenwerking met de gemeente en andere partners kan zijn. “De VIP-tafels werden verboden en de organisatie wordt gescreend. Sindsdien zijn er geen problemen meer geweest.”

“Bekende criminelen, topsporters en jonge voetbalfans zaten naast elkaar op de tribune”

Motorclub

Bij de aanpak van ’t Knooppunt enkele jaren later, was er, mede door de oprichting van RIEC Amsterdam-Amstelland, meer aandacht voor integraal samenwerken om ondermijning aan te pakken. Ondermijning in de sport werd één van de thema’s met Van Leeuwen als trekker. Hij besloot eerst maar eens wat thuiswedstrijden van de club te bezoeken om te kijken hoe het eraan toeging. Het beeld was zorgelijk. Bekende criminelen, topsporters en jonge voetbalfans zaten naast elkaar op de tribune, zag Van Leeuwen, en de beveiliging werd gedaan door een bedrijf dat banden had met een criminele motorclub. “Er was geweld op het veld en op de tribune als de club verloor. Eén keer werden zelfs spelers van de tegenstander mishandeld en werd de beker gestolen. In die tijd zaten we middenin de bendeoorlogen en we waren bang dat er iemand op de tribune geliquideerd zou worden.” 

Arno van Leeuwen, gepensioneerd rechercheur

Sportzaal

De gemeente, politie en Belastingdienst besloten samen: dit tolereren we niet, we willen van ’t Knooppunt af. Eerst keek Van Leeuwen als leider van het team naar de klassieke oplossingen: strafrechtelijk en financieel. Maar de politie en de FIOD zagen dat niet zitten. De zaak was te ingewikkeld en er was te weinig capaciteit. Vervolgens onderzocht het team mogelijke bestuurlijke interventies. Dat bleek succesvoller. “De club huurde de sportaccommodatie van de gemeente Amsterdam. Onze Bibob-deskundige gaf aan dat er een integriteitsclausule was opgenomen in het huurcontract. Om daar iets mee te kunnen moesten we regelen dat de informatie uit de rechercheonderzoeken naar de liquidaties die in verband werden gebracht met ’t Knooppunt, mocht worden uitgewisseld met de gemeente. Dat lukte.” De gemeente verbood de club gebruik te maken van sportzalen van de gemeente. De club probeerde nog in Zaandam een accommodatie te huren, maar ving daar ook bot. Uiteindelijk hief de club zichzelf op omdat er geen plek meer was om te spelen. Het doel was bereikt.

Leaseauto

Van Leeuwen informeerde de KNVB over de problemen van ‘t Knooppunt: ‘Spelers van het nationale team worden betaald met drugsgeld. Die mannen nemen jullie mee naar EK’s en WK’s.’ Maar de bond ondernam geen actie. Dat is hem een doorn in het oog. Ook al is hij met pensioen, hij is nog steeds gedreven om de voetbalwereld schoner te maken. Hij geeft voorlichting aan jeugdselecties bij Ajax en voert individuele gesprekken met Ajax-spelers die onder druk staan van criminele familie of vrienden. “Het gaat om hele jonge jongens, die ineens veel geld verdienen en in een dure leaseauto rijden. Als jonge voetballer krijg je les in van alles, maar niet hoe je met die druk moet omgaan. En dan krijg je situaties dat een speler zijn auto uitleent aan een goede vriend en die dan met kogelgaten terugkrijgt. Er is nog veel te winnen in de voetbalwereld.”

Voetbalschool

Waar moeten gemeenten op letten bij sportverenigingen? Vooral de snelle stijgers moet je in de gaten houden, denkt Van Leeuwen. Een team dat jaren achtereen promoveert, dat klopt niet. Ook als je ziet dat er veel spelers op de transfermarkt naar een bepaalde club gaan moeten de alarmbellen gaan rinkelen. “Maar eigenlijk moet je je oren en ogen gewoon de kost geven, want iedereen weet het”, adviseert hij.


Zorgelijk vindt hij de opkomst van voetbalscholen. Voetballertjes die meer willen dan de normale trainingen van de vereniging, kunnen terecht bij een voetbalschool. Die verzorgt extra techniektrainingen op de club. Terwijl clubs een VOG vragen aan hun eigen trainers, gebeurt dit niet bij de trainers van voetbalscholen, die immers niet verbonden zijn aan de club. Ook is het de vraag of voetbalscholen altijd even netjes omgaan met hun inkomsten en betalingen aan trainers. “Check als gemeente of als club wie je precies binnenhaalt op je velden”, adviseert Van Leeuwen.

“Uit liefde voor een club is ingrijpen vaak beter dan wegkijken”

Sofyan Mbarki, wethouder bij de gemeente Amsterdam

Brede aanpak in Amsterdam

De gemeente Amsterdam heeft een brede aanpak ontwikkeld om ondermijning in de sport te bestrijden. Sofyan Mbarki diende als raadslid een motie in om dit in gang te zetten. Inmiddels is hij als wethouder verantwoordelijk voor de uitvoering. 


Waarom heeft u destijds als raadslid de motie ingediend om ondermijning in de sport aan te pakken?
“Ondermijning is een van de meest maatschappij ontwrichtende criminele activiteiten. Anders dan hardere en zichtbare criminele handelingen is ondermijning een bijna meer sluimerende vorm die de fundamenten van onze samenleving aantast. Het is een veelkoppig monster en overal waar ondermijning de kop op kan steken, moet weerstand geboden worden. Een van die plekken is in de sport. Samen met een collega raadslid hebben we veel gesproken met verschillende stakeholders rond sportverenigingen in Amsterdam over de impact van ondermijning op de sport en (via sport) op de stad. Vanuit die gesprekken en de overtuiging dat we omwille van de sport en het verenigingsleven, hier als stad en samenleving iets tegen moeten doen, hebben we toen dit initiatiefvoorstel geschreven en ingediend.”


Wat houdt de aanpak in?
“Het voorstel dat we destijds hebben ingediend, bestaat uit meerdere pijlers om sportondermijning tegen te gaan. Allereerst verzochten we het college meer onderzoek te doen naar de omvang, de samenwerkingen en de maatregelen/bevoegdheden om ondermijning tegen te gaan. Daarnaast bevat het voorstel een verzoek om sportclubs weerbaar te maken tegen ondermijning door voorlichting, transparantie en trainingen. Ten slotte zit er in het voorstel een aansporing om in dit dossier de samenwerking te zoeken met relevante partners om effectief weerstand te kunnen bieden.” 


Zijn er al resultaten te zien?
“Er zijn diverse onderzoeken gedaan of op dit moment in uitvoering. De afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek (OIS) heeft 570 Amsterdamse sportverenigingen, 60 sportbonden en professionals benaderd. Het merendeel van de ondervraagde sportclubs zegt weleens te hebben gehoord van criminele inmenging. Dat geldt ook voor de meeste sportbonden. De meeste sportverenigingen geven aan niet kwetsbaar te zijn voor criminele inmenging. Slechts 2% van de ondervraagde sportverenigingen geeft aan zeker te weten dat zij in de afgelopen twee jaar te maken hebben gehad met criminele inmenging. De sportverenigingen en de gemeente blijven hierover met elkaar in gesprek. 


Er is een meldpunt ingericht voor sportverenigingen om signalen van ondermijning te melden. Er zijn nog geen signalen binnen gekomen bij het meldpunt. Ook kan de gemeente via andere wegen signalen van mogelijke ondermijning ontvangen. Bijvoorbeeld van partners, maar ook door een eigen integriteitscreening welke plaatsvindt voordat een contract wordt gesloten met een sportvereniging. Daarnaast is een signaal- en interventiekaart ontwikkeld om sneller signalen van ondermijning te herkennen. Hierin staan ook acties voor de sportvereniging zelf om criminele inmenging te voorkomen. Binnenkort gaat hierover een campagne van start voor sportclubs.


Het is hard nodig om actief weerstand te bieden tegen malafide sponsoren, witwassen via verenigingsstructuren en de ontwrichtende werking van criminele activiteiten binnen sport. In mijn huidige rol als wethouder Sport kom ik in 2023 met een Voetbal Agenda, waar ondermijning, naast onder andere emancipatie en vitale verenigingen, ook onderdeel van is.”


Uit onderzoek blijkt dat bestuurders het vaak lastig vinden sportverenigingen aan te pakken, onder andere vanwege angst voor hun populariteit en vanwege het belang van sportverenigingen voor de jeugd. Hoe ziet u dat?
“Het is waar dat sportverenigingen vaak een grote populariteit kennen en dat het een belangrijk vehikel is voor jeugd om te sporten. Tegelijkertijd zou je als bestuurder juíst als je verenigingen belangrijk vindt en sporten voor de jeugd als doel ziet, moeten ingrijpen als je ziet dat het mis gaat op een club. Het is niet goed voor de sport of voor een club als ze gebukt gaan onder ondermijning. Uit liefde voor een club of een sport is ingrijpen vaak beter dan wegkijken.” 

Meer weten?

Luister dan het gesprek met Arno van Leeuwen op NPO Radio 1 of luister de podcast Blauw geboren op Spotify. Arno van Leeuwen is ook bereid belangeloos vragen te beantwoorden van gemeenten die aanlopen tegen problemen met ondermijning in de sport. Neem daarvoor contact op met communicatie@liec.nl