Tekst Andrea Jansen
Foto Gemeente Almelo
U sluit henneppanden meteen, zonder waarschuwing. Waarom doet u dat?
“Iedereen weet dat hennepteelt niet mag en niet kan. Daarom vind ik waarschuwen niet nodig. Ik wil meteen kunnen optreden. Panden met meer dan twintig hennepplanten sluit ik direct voor een half jaar. Of het nu een loods is of een woning, dat maakt niet uit. Als het gaat om kleine kinderen wil ik overigens nog wel eens een uitzondering maken.
Ik merk dat de meeste Almeloërs blij zijn dat hennepteelt streng wordt aangepakt. Ook hier rijden de patsers door de straten in hun dure auto’s. Hoe gelijkwaardig ben je nog als je elke dag hard moet werken voor je bestaan en je buurman doet niets, maar rijdt wel in een Porsche?
Hennepteelt is in Almelo een omvangrijk probleem. De omzet wordt hier in Twente geschat op een half miljard per jaar. Elke week kan ik wel drie of vier panden sluiten. Net voor dit interview is er weer een kwekerij gevonden met 600 planten. Het is goed om panden te sluiten en te laten zien dat je dit niet pikt. Maar om het echt aan te pakken moeten we ondermijning agenderen als maatschappelijk probleem. Want dat is het. Neem alleen al de hennepteelt. Het geld wordt gebruikt om de onderwereld te financieren, er zijn motorbendes bij betrokken, maar daarnaast is het gewoon heel gevaarlijk. Onlangs hadden we hier een kwekerij in een flat vol jonge gezinnen. Je moet er niet aan denken dat er brand uitbreekt.”
Werkt deze strenge aanpak?
“Het werkt, maar het is niet voldoende. Er is meer nodig om criminelen te stoppen. Een deel van de opbrengst van hennep wordt hier geïnvesteerd. Daarom besteden we extra aandacht aan witwassen. De kappers, ijssalons en zonnestudio’s zonder klanten zien we ook in Almelo verschijnen. Bedrijven waar veel contant geld in omloop is en waar omzetcijfers soms niet in verhouding staan tot de daadwerkelijke klandizie. Maar witwasonderzoeken vragen veel capaciteit en expertise, van alle overheidspartners. Dat is een knelpunt.
Als gemeente zoeken we, naast het sluiten van panden, naar een meer structurele aanpak. Momenteel onderzoeken we of we een dwangsom kunnen opleggen aan vastgoedeigenaren die telkens opnieuw hun panden verhuren aan hennepcriminelen. Dat gaat dan om flinke bedragen van bijvoorbeeld vier ton. Dat bedrag kunnen we innen als er in een pand van dezelfde eigenaar opnieuw een kwekerij wordt opgerold. Hiermee treffen we de echte faciliteerders. Dit wordt nog niet in onze regio gedaan, maar ik zie er wel heil in.”
De zes schakels van Almelo voor de aanpak van ondermijning:
-
Handhaving
Direct bestuurlijk handhavend optreden (geen waarschuwing) bij constatering van illegale hennepteelt van meer dan twintig planten in woningen of bedrijven. -
Zichtbaar
Zichtbaar maken voor de omgeving dat er een hennepkwekerij is opgerold door het plaatsen van borden en het verspreiden van brieven. -
Effecten
Op wijkniveau meten wat de effecten zijn van de aanpak en de relevantie daarvan voor de omgeving. -
Weerbaarheid
Met woningbouwcorporaties, energiebedrijven en ondernemersverenigingen samenwerken om ondermijnende criminaliteit te weren. -
Voorkomen
Krachten bundelen om ondermijnende criminaliteit te voorkomen via beleid (BIBOB), vergunningen, stopgesprekken en integrale controles. -
Raken
Als één overheid samenwerken om facilitators op te sporen en integraal aan te pakken (strafrechtelijke, fiscale, bestuursrechtelijke en sociale wetgeving). Hier worden ook private partners bij betrokken, zoals woningbouwcorporaties, energiemaatschappijen en zorgkantoren.
U bent ook regionaal portefeuillehouder aanpak ondermijning in Twente. Hoe ziet de samenwerking eruit?
“Niet alle gemeenten voelen dezelfde urgentie om het hennepprobleem aan te pakken. Het komt overal voor, zoveel is zeker. Ondermijningsbeelden maken dat ook zichtbaar. Maar de capaciteit en expertise om het aan te pakken is er niet altijd. Dat geldt overigens voor alle overheidspartners waarmee we samenwerken.
Wat mij wel eens zorgen baart is dat de overheid gefragmenteerd is, terwijl de criminaliteit is georganiseerd. Van die fragmentatie maken kwaadwillenden misbruik. Bij de integrale aanpak lopen we voortdurend aan tegen capaciteit, maar ook tegen de verschillende fases waarin partners verkeren. In de aanpak van ondermijning is niet iedere partner even ver, de expertise verschilt nog behoorlijk.
Ik zou willen voorkomen dat criminelen kunnen uitwijken naar buurgemeenten, omdat de aanpak daar minder streng is. Ik ben groot voorstander van een Twents HIT-team, dat staat voor Handhaving Interventie Team. Een gezamenlijk bestuurlijk team van alle veertien Twentse gemeenten met daarin juristen en regionale handhavers. Het HIT-team wordt ingezet op het moment dat ergens een kwekerij wordt aangetroffen. In zo’n team is zowel capaciteit als expertise aanwezig om, op elk moment, snel actie te ondernemen. Het is nog niet zo ver, maar ik ben ervan overtuigd dat dit één van de oplossingen moet zijn.”
Past deze rol van misdaadbestrijder bij de gemeente?
“De gemeente is niet dé misdaadbestrijder, maar de brede aanpak van ondermijning hoort wel bij de gemeente te liggen. Wij staan het dichtst bij de mensen. Binnen een gemeente komen zorg, veiligheid, preventie en maatschappelijke ontwikkelingen samen. De aanpak van ondermijning moet een maatschappelijke beweging zijn en niet worden gereduceerd tot een strijd van de politie tegen de bad guys. Je kunt maar één keer ‘nee’ zeggen tegen dit soort criminelen. Zeg je ‘ja’, dan raak je ze niet meer kwijt. Wij moeten daarom de samenleving weerbaar maken. Verenigingen zijn bijvoorbeeld heel kwetsbaar voor de invloed van sponsoren. In gesprekken leg ik uit dat achter weldoenerij soms een ander belang zit. Gratis bestaat niet.
Ook raadsleden wil ik leren kijken met een andere blik. Iedereen die hen probeert te beïnvloeden heeft daar een motief voor. Dat kan een crimineel motief zijn. Neem nu de roep om deregulering. Daar kan gewoon een politieke opvatting achter zitten, maar ook een heel ander belang.”
U wordt ook wel ‘powerburgemeester’ genoemd. Wat vindt u daarvan?
“Dat is een benaming vanuit de media en ik vind dat prima. Ik vind dat we een norm moeten stellen. Laten zien dat we het niet pikken. Wat mij betreft treden we nog niet hard genoeg op. We moeten de maatschappij mobiliseren. Als overheid moeten we betrouwbaar en consequent zijn en meer samenwerken. De politiek verzandt nu te vaak in gekissebis. We moeten meer de baas zijn. Dat is nodig omdat de verleiding groot is. De verdiensten van het kweken van hennep zijn enorm, het is makkelijk verdiend geld en in sommige Almelose wijken is de sfeer niet echt gericht op het naleven van regels. Ik denk dan ook dat het probleem eerst erger gaat worden, voordat het minder wordt.
Deze stad is aan het gemeentebestuur en mij toevertrouwd. Als burgemeester vind ik dat in deze stad moet worden opgetreden en gehandhaafd. Als je regels stelt moet je die ook consequent handhaven. Daarmee creëer je naleefgedrag. Omdat de gemeente een belangrijke rol speelt in de aanpak van ondermijning is het extra belangrijk dat de overheid ‘schoon’ is. Dat geldt voor de politiek én ambtenaren. Je moet laaiend worden over een gebrek aan integriteit. Ondermijning gaat ten diepste over goed en kwaad. Het is zwart of wit, niet grijs.”