Dit artikel hoort bij: Code Geel Editie 12

Stopsos: Samen met verslaafden tegen drugshandel

stopsos

Tekst Andrea Jansen
Foto Stopsos.nl

Cocaïnehandel leidde in Zwolle regelmatig tot problemen, met als dieptepunt een schietpartij midden in een wijk vol jonge gezinnen. Gemeente, politie en RIEC sloegen de handen ineen om drugscriminaliteit aan te pakken. Eén van de gezamenlijke projecten richtte zich op verslaafden. Maar hoe bereik je deze groep? Samen met Matteo, marketeer, ex-verslaafde en initiatiefnemer van een van de Zwolse zelfhulpgroepen, werd de campagne Stopsos op poten gezet: “Je bent niet alleen!”

Matteo Ruberto
Matteo, marketeer, ex-verslaafde en oprichter van een zelfhulpgroep in Zwolle.

“Hartverwarmend”, vond Matteo het initiatief van om samen op een innovatieve manier verslaafden te bereiken. “Ik heb aan den lijve ondervonden wat verslaving kan aanrichten en al kun je maar één persoon helpen, dan is dat het waard.” Een brainstorm waar communicatieadviseurs, projectleiders en Matteo aan deelnamen maakte twee dingen duidelijk: verslaafden denken vrijwel altijd dat zij alleen zijn én zij worden pas echt geholpen door andere verslaafden die de drugs al een tijdje achter zich hebben gelaten. Dat leidde tot de boodschap: Je bent niet alleen, er is een oplossing!

Je bent niet alleen, er is een oplossing!

Eigen dokter

“Als verslaafde denk je altijd dat je uniek bent en dat niemand in dezelfde situatie zit als jij. Ook ik dacht altijd: ik ben anders. Totdat ik in de verslavingskliniek terecht kwam en zag dat er veel meer mensen waren zoals ik.” Al de eerste keer dat Matteo alcohol dronk ging het mis: 12 jaar oud nog maar, werd hij thuisgebracht omdat hij niet meer op zijn benen kon staan. Ondanks woedende ouders, gebeurde dit keer op keer opnieuw. “Ik ging ook drugs gebruiken, ik vond het verdovende gevoel prettig. Ik ben een snelle denker en de drugs remden dat wat af. Zo kon ik makkelijker levelen met anderen. Ik werd mijn eigen dokter, voor elk gevoel had ik wel een middeltje.”

Dat ging lang goed, totdat Matteo op zijn 25ste zijn werk en vriendin verloor en zijn studie de mist in dreigde te gaan. “Ik had geen keus meer, ik kon niet leven mét maar ook niet zonder drugs. Het was de kliniek of de dood.” Hij biechtte zijn verslaving op aan zijn familie en beste vrienden en zocht hulp in een twaalf-stappen-kliniek.

Eenzaam

“In die vijf weken in de kliniek heb ik meer geleerd over mezelf dan in alle jaren daarvoor. Ik leerde mijn ongezonde patronen te herkennen en te vervangen door andere gewoonten: sport, gezond eten, normale sociale contacten. Maar daarna begon het pas echt.” Elke week bezocht Matteo meetings van zelfhulpgroepen. Hij werd zo enthousiast dat hij een zelfhulpgroep oprichtte in Zwolle. “Als ik veel met ‘normale’ mensen omging voelde ik mij eenzaam. Waarom konden zij wel een borrel drinken op vrijdag en ik niet? Bij de zelfhulpgroep zie ik dat ik een ziekte heb, zit ik met verslaafden onder elkaar en helpen we elkaar.”

“Vroeger had ik het gevoel dat het leven me tegenwerkte. Nu voel ik dat ik de wind in mijn rug heb.”

Vijfenhalf jaar later woont Matteo samen met zijn grote liefde en hun zoontje van drie en heeft hij een succesvol marketingbedrijf. Hij heeft nooit meer naar de drank of drugs gegrepen. Dan zou de obsessie meteen weer terug zijn, denkt hij. “Vroeger had ik het gevoel dat het leven me tegenwerkte. Nu voel ik dat ik de wind in mijn rug heb.”

Stel ambtenaren

De samenwerking tussen Matteo, gemeente Zwolle, politie en RIEC Oost-Nederland mondde uit in een succesvolle campagne met een sms-bom gericht op verslaafden en een website vol ervaringsverhalen, films en podcasts. De samenwerking met de overheid verraste hem. “Van tevoren had ik mijn bedenkingen. Zit ik daar met een stel ambtenaren. Maar ik had het heel erg mis. De gedrevenheid, de snelheid, het oog voor detail, de focus, alles voor zo’n groot mogelijke impact.”

Expertise nodig

Peter Snijders, burgemeester van Zwolle, ziet de samenwerking met ervaringsdeskundigen als een belangrijke stap in de aanpak van drugsproblematiek.

Peter Snijders, burgemeester van Zwolle
Peter Snijders, burgemeester van Zwolle. Foto: Gemeente Zwolle

“In Zwolle werken we al enige tijd samen met verschillende overheidspartners om de drugshandel aan te pakken en het gebruik te verminderen. De samenwerking met politie, OM en het RIEC is daarbij heel belangrijk, maar daar redden we het niet mee. Regels en repressie zijn niet voldoende. We willen juist ook voorkomen dat mensen drugs gaan gebruiken of in het circuit terecht komen. Daarvoor hebben we ook de verhalen en expertise van ervaringsdeskundigen nodig. Iedereen die eruit wil, kan nu zien dat het anderen ook gelukt is.”

En de campagne heeft gewerkt, vertelt Matteo. “Onze zelfhulpgroepen hebben telefoontjes, berichtjes en extra bezoekers gehad. Stopsos heeft de wereld een stukje beter gemaakt. Niemand kiest ervoor om zijn eigen leven kapot te maken. Verslaafden zijn juist vaak ruwe diamanten, de meest mooie mensen. Mateloos in gebruik, maar ook mateloos in positiviteit en productiviteit. Ik hoop dat heel veel gemeenten het voorbeeld van Zwolle zullen volgen. Het is zo belangrijk dat we verslaafden de helpende hand reiken.”

STOP SOS melding
SMS-bom. Foto: stopsos

Sms-bom en Stopsos.nl

750 mobiele telefoons van cocaïnegebruikers begonnen op 14 januari om 16.00 uur te piepen. ‘Jouw nummer stond in een dealtelefoon. Brengt coke je in de problemen? Of iemand in je omgeving? Er is een oplossing! Ga naar www.stopsos.nl’.

De telefoonnummers waren afkomstig uit de mobiel van een Zwolse cocaïnedealer en werden met toestemming van het Openbaar Ministerie gebruikt voor de sms-bom. Al eerder maakte de overheid gebruik van sms-bommen om gebruikers te waarschuwen. Doel van deze actie was juist om hen hulp aan te bieden. De link in de sms leidde dan ook naar de website stopsos.nl (sos is straattaal voor cocaïne), met ervaringsverhalen van verslaafden en informatie over hulpverlening en zelfhulpgroepen. Meer dan de helft van de mensen die de sms ontving, bezocht de website. Ook media aandacht zorgde voor bezoeken aan de website.

Dat de actie ook door de doelgroep werd gewaardeerd bleek wel uit de reactie van één van de ontvangers van de sms: "Ik was wat terughoudend om dit bericht te openen maar besef dat ik persoonlijk weinig tot niks te verbergen heb. Ik vind dit oprecht een klasse actie om mensen die ermee in aanraking zijn geweest erop te attenderen dat er aan de achterkant veel problematiek bevindt. … Ik kan voor mezelf zeggen dat ik niet dit probleem heb en in mijn omgeving weinig tot geen last (meer) hiervan ervaar. Ik moet echter ook eerlijk zijn en toegeven dat in het verleden ik het wel eens heb meegemaakt. De fijne lijn tussen recreatief en verslaving is voor veel mensen troebel en lastig."

Stopsos.nl zal de komende tijd vaker gebruikt worden voor campagnes. Meer weten? Neem dan contact op met RIEC Oost-Nederland

Quote Irma

Irma (33), moeder en ervaringsdeskundige

“Ik was een heel onzeker en perfectionistisch meisje. De eerste keer dat ik cocaïne gebruikte vielen alle angst en onzekerheid in één klap van mij af. Ik voelde mij geweldig. Binnen een half jaar gebruikte ik elk weekeinde. Vier jaar later was ik een schim van mijzelf. Ik was broodmager, ik sliep en at niet meer, ik raakte mijn werk kwijt, mijn huis, mijn geld.” 

Quote Rico

Rico (43), vader, muzikant en welzijnswerker

“Op mijn 25ste, tien jaar na mijn eerste blowtje en vijf jaar na de eerste dosis harddrugs, kreeg ik waanbeelden. Ik zag dingen die er niet waren. Dat was het moment dat ik voor het eerst besefte dat ik moest afkicken. Ik ben nu voor het eerst echt clean. Nu zie ik pas hoe mooi het leven is. Als mijn kind nu “pappa” zegt, dan raakt het me recht in mijn hart. Dat is zo mooi, dat ik al huil als ik eraan denk.” 

Stop SOS Quote Carla

Carla, moeder van de verslaafde Maarten (32)

“Als je kind verslaafd is, dan is dat voor ouders intens en intens verdrietig. Je voelt je machteloos, je wilt niets liever dan je kind vertrouwen en geloven. Je ziet dat je kind echt niet kán stoppen en dat is heel heftig.”

Quote Ruben

Ruben (34), ervaringsdeskundige

“Ik heb meerdere keren hulp gezocht, maar nooit vanuit mijzelf. Meestal om de autoriteiten of mijn familie van mijn nek te krijgen. Ik ging weer gebruiken zodra ze even de andere kant op keken. Tot ik besefte: als ik nu geen hulp zoek, dan word ik niet meer wakker. Toen was ik 27. Ik dacht: ik ben te jong om dood te gaan, ik wil leven!”