Code Geel 15

Code Geel 15

Deze printvriendelijke versie bevat niet de volledige inhoud van het online magazine, maar alleen de teksten en een beperkte selectie foto´s. Het hele online magazine met alle foto´s, video´s en multimedia kan worden bekeken op:
https://magazines.riec.nl/codegeel/2022/15

Nog een tip voor het geval u het magazine wil printen: Heeft u een Windows-computer en bekijkt u het magazine met het programma Chrome? Dan adviseren we u voor het afdrukken alleen gebruik te maken van het zogenoemde dialoogvenster (Ctrl+P).

Dit artikel hoort bij: Code Geel 15

Frau Antje met kalasjnikov

Twee drugsverslaafden slapend op straat

Tekst Andrea Jansen
Foto Teun Voeten

Toen fotograaf Teun Voeten de gewelddadige Mexicaanse drugsoorlog vastlegde met zijn camera, raakte hij gefascineerd door deze wereld van beestachtige wreedheid. Als afgestudeerd antropoloog vroeg hij zich af: wat drijft mensen tot dit geweld?

Hij besloot hier onderzoek naar te doen en terwijl hij zijn proefschrift zat te schrijven ontplofte een handgranaat vlakbij zijn huis in Antwerpen. “Toen besefte ik: die drugswereld zit niet alleen maar aan de andere kant van de wereld, maar is ook hier. Bij mij in de straat. Ik ben onderzoek gaan doen naar de drugswereld in België en Nederland en ik schrok van wat ik aantrof: Nederland denkt het allemaal zo goed te doen, maar in de rest van de wereld worden we gezien als narcostaat. En dat zijn we ook.”

Monocultuur

Voeten doet geen onderzoek van afstand. Hij duikt in de drugswereld, spreekt verslaafden, dealers, bazen. In Nederland, België, Mexico, Amerika, Frankrijk, Afghanistan, Tsjechië, Thailand. Ziet met eigen ogen het geweld door dealers en kartelleiders en de vreselijke schade die het gebruik veroorzaakt. Hij schrijft boeken, fotografeert, filmt, onderzoekt en doet dat liefst allemaal tegelijk. De nacht vóór dit interview gaat hij met zijn camera naar de verloederde stationsbuurten in Brussel om vast te leggen wat daar gebeurt als de avond valt.

Dat ook in Nederland drugscriminaliteit steeds meer voet aan de grond krijgt heeft te maken met de groeiende sociaal-economische kloof, denkt Voeten. “Elke dader en elke gebruiker is uniek, maar het milieu waarin je verkeert heeft wel invloed op hoe je in het leven staat. In Nederland is het leven te hedonistisch geworden. En daarin gedijt criminaliteit heel goed. Je ziet een monocultuur onder drugscriminelen. Alles draait om geld en status. Verder is er niks in het leven. Ze zijn lui en willen snel geld verdienen.”

Te rooskleurig

Maar ook de gedoogcultuur, waar Nederland zo lang trots op was, zorgt voor een vruchtbare voedingsbodem. “Druggebruik is in Nederland volledig genormaliseerd. Er zijn grote campagnes vanuit de overheid tegen roken en drinken, maar niet tegen drugs. Het is één grote snoepwinkel: xtc, wiet, lachgas, ghb, cocaïne. Heel gemakkelijk te krijgen. Je ziet de verslaafden hier misschien niet in grote getalen op straat liggen, zoals in Mexico en de VS maar ze zijn er wel: verborgen achter de voordeuren en rolluiken.”

Voeten vindt dat Nederland de eigen positie in de drugswereld veel te rooskleurig inschat. “We spreken te snel over ‘on-Nederlandse toestanden’ als we het hebben over de martelcontainers en aanslagen op advocaten en getuigen. Alsof het hier beter is dan in andere landen. Het buitenland denkt daar heel anders over. In Duitsland wordt Nederland afgebeeld als Frau Antje met een Kalasjnikov. Zó ziet het buitenland ons, en helaas is dat een realistisch beeld.”

Drug van de duivel

Ook de opkomst van de nieuwe, zeer schadelijke drug crystal meth gaat niet aan Nederland voorbij. Sterker nog, Voeten schrijft in zijn nieuwste boek dat Nederland ook hierin een belangrijke spil vormt. Deze ‘drug van de duivel’ is zo schadelijk, dat Nederlandse dealers aan Voeten vertelden dat ze het ethisch onjuist vonden om dit te verkopen. Maar het is ook een zakelijke afweging: gebruikers van meth gaan een jaar of twee mee, terwijl gebruikers van speed en cocaïne het veel langer volhouden. Waarom zou je je eigen klanten vergiftigen?

Inderdaad wordt meth hier nauwelijks gebruikt. Als productieland is Nederland daarentegen wel in trek. Waarom? “Onze infrastructuur speelt een rol: vanuit Tilburg gaat een spoorlijn rechtstreeks naar China. Je bent zo over de grens naar Duitsland of België en vanuit Rotterdam en Schiphol kun je ook alle kanten uit. Maar nog veel belangrijker: de pakkans is hier klein en de straffen zijn laag. Veel zaken worden niet eens behandeld omdat justitie geen tijd heeft.”

Snuiven op de Zuidas

Dat is dan ook één van de dingen die anders moeten in Nederland, vindt Voeten: de straffen moeten strenger en de rechtspraak efficiënter. Maar ook moeten we durven zien wat er gebeurt met de onderkant van de samenleving. “De kloof wordt groter, het grote geld wordt aantrekkelijker. De mensen in Den Haag geven moreel gezien ook al geen best voorbeeld.

We hebben andere waarden en normen nodig. Als er volop wordt gesnoven op de Zuidas en als half Hilversum in de studio aan de coke zit, hoe wil je dan een loopjongen in Overvecht duidelijk maken dat het fout is om te dealen? Druggebruik moet veel meer in de losersfeer geplaatst worden. Weet je wat ik een goed idee zou vinden? Een solidariteitsheffing voor gebruikers. Want hun druggebruik kost ons allemaal enorm veel geld.”

Uit de bubbel

Vertaald naar de dorpen en steden waar kinderen geronseld worden als drugskoerier of dealer, betekent dit vooral dat de monocultuur van groepen jongeren moet worden doorbroken. “Ze zien niks anders dan hun eigen bubbel. Het is daarom heel belangrijk om ze uit die bubbel te halen. Dat kun je doen door alternatief te straffen of door zinvol werk aan te bieden. Jongerenwerkers zijn hierin heel erg belangrijk.” Ook zij moeten anders leren kijken, vindt Voeten. “Ze laten jongeren nu vaak kickboksen of rappen. Maar dat zijn dingen die juist ín die bubbel passen, terwijl je ze eruit moet zien te krijgen. Laat ze bezig zijn met klassieke muziek, met schaken of tennissen of golfen. Leer ze omgaan met teleurstellingen. Laat ze andere waarden zien dan geld. Laat ze een tijd in een vluchtelingenkamp in Afrika werken.”

Dit artikel hoort bij: Code Geel 15

Een drugslab in je achtertuin

Een luchtfoto waarop een dorp en akkers worden getoond

Tekst Andrea Jansen
Foto Waterlandkerkje, gemeente Sluis. Foto: ANP

Koeien, weilanden, strand, rust, ruimte en … een drugslab. Als burgemeester van een plattelandsgemeente staat ondermijning niet altijd bovenaan het lijstje met problemen. Toch ging op een koude ochtend in februari de telefoon van burgemeester Marga Vermue. “Crystal meth en Colombiaanse koks, dat verwacht je niet in Sluis.”

Helemaal in het zuiden van Zeeland, aan de Belgische grens, ligt de gemeente Sluis. Een gemeente met een klein aantal inwoners, maar een oppervlakte die vergelijkbaar is met de grootste steden van Nederland. “Een gezellige gemeente”, vindt burgemeester Marga Vermue. “Met hele kleine en grotere dorpen, met strand en platteland, met veel hotels, recreatieparken en restaurants. Niet alleen de toeristen prikken daar graag een vorkje, maar de inwoners van Sluis houden zelf ook van een hapje en een drankje.”

Vragen

De Sluizenaren staan van oudsher wat ambivalent ten opzicht van de overheid. Toch was de schok groot toen in Waterlandkerkje, een kern met 500 inwoners, een drugslab werd ontdekt in de loods van een boerderij. Sluis was in rep en roer. Wie zat er achter dit lab? Wat was de rol van de moeder met kleine kinderen die in het huis op het erf woonde? Waarom helemaal in Sluis? Was er chemisch afval geloosd? “Veel vragen en ik kon nergens antwoord op geven”, vertelt burgemeester Vermue. “Als burgemeester is je informatiepositie een lastige, omdat in het kader van het onderzoek weinig tot niets automatisch wordt gedeeld. Dit is beslist iets wat beter kan. Er zijn ook diverse organisaties bij betrokken. Politie en justitie vanuit het strafrecht en gemeente en Regionale Milieudienst vanuit bestuursrecht. De rechtszaak moest ik via de krant volgen.”

Viezigheid

Op de dag dat het lab werd ontdekt was dat nog heel anders. De burgemeester werd gebeld door de politie en nam meteen een kijkje. “Het was natuurlijk raar om een groot lab te zien in die hele oude boerenschuur. Maar waar ik het meeste van schrok, waren de omstandigheden waarin de Colombiaanse koks in het lab woonden. In een klein tentje in de schuur midden tussen de viezigheid. Met alleen een campingtoiletje. Je hebt bij een drugslab het beeld dat mensen er flink aan verdienen en leven als een God in Frankrijk. Nou, dat geldt niet voor de mensen die in zo’n lab werken. Het is mensonterend.”

Onrust

Maar na die eerste dag hoorde de burgemeester niets meer. Niet over de drie Colombianen die als koks in het crystal meth-lab werkten, niets over de Nederlandse verdachten die later werden aangehouden en ook niets over de vrouw met kinderen die in het huis op het erf woonde en snel haar biezen pakte. Dat moet anders, vindt ze. “Het is heel lastig als inwoners en raadsleden je allerlei vragen stellen die je niet kunt beantwoorden. Dat helpt niet bij de onrust die er in de weken na zo’n gebeurtenis is. Al had ik maar wat meer informatie gehad over het proces, dan had dat al geholpen. Bijvoorbeeld over de aanhoudingen of wanneer de rechtszaak is. Ik heb uit de krant moeten vernemen dat de verdachten zijn vrijgelaten.”

De plaats van het drugslab lijkt toevallig gekozen. Uit het onderzoek bleek geen betrokkenheid van inwoners van Sluis en ook de ligging aan de grens lijkt geen rol te hebben gespeeld. Toch kijkt de burgemeester nu anders naar haar gemeente. “We hebben veel plekken waar dit kan gebeuren. Het is hier zo uitgestrekt. Boerderijen liggen vaak honderden meters van elkaar, hebben een eigen toegangsweg. En er is veel leegstand. Toch denk ik wel: al die spullen die gebruikt zijn om het lab te bouwen, zijn allemaal over dat stille plattelandsweggetje vervoerd. Dat moet toch opgevallen zijn?”

Campagne

Om een betere informatiepositie te krijgen is de gemeente nu aangesloten bij Meld Misdaad Anoniem. Het effect van de eerste voorlichtingscampagne is al te merken, de tweede staat binnenkort gepland. Burgemeester Vermue vindt dat heel waardevol. “Als je als gemeente de signalen ook zelf binnenkrijgt, dan weet je beter wat er speelt in je gemeente.”

De burgemeester hoopt dat er niet nogmaals een drugslab opduikt in haar gemeente, maar mocht dat toch zo zijn, dan zou ze opnieuw een kijkje gaan nemen. “Dat is het beste wat je kunt doen. Mensen zien dat je betrokken bent en dat neemt onrust weg. Je hebt een beter beeld, en je kunt beter reageren op vragen. Dat werd de eerste dagen erg op prijs gesteld. Het zou daarom goed zijn als de burgemeester ook later in het proces wat meer op de hoogte wordt gehouden.”

Dit artikel hoort bij: Code Geel 15

Het Colombia van Europa

portret Ronald van der Pelt

Tekst Andrea Jansen
Foto Ronald van Pelt (rechts). Foto: Tom Hessels

Denk je aan ondermijnende criminaliteit, dan denk je allereerst aan drugs. Bijna dagelijks staan Ronald van Pelt en zijn collega’s van het LFO ergens in Nederland in een drugslab voor forensisch chemisch onderzoek. Voor Code Geel neemt hij ons mee in de smerige wereld van synthetische drugs.

Een lab wil hij het eigenlijk niet noemen. Dat is een plek waar volgens strakke hygiënische en veiligheidsregels wordt gewerkt, terwijl de meeste drugsproductielocaties smerig en gevaarlijk zijn. Op de foto’s die Ronald laat zien staan formules gekladderd op een whiteboard, liggen overal zakken met grondstoffen en plassen chemische vloeistoffen. En ook een paar lijken. Mannen die net op het verkeerde moment het deksel van een kookpot trokken. “Je ademt koolmonoxide in en voordat je in de gaten hebt wat er aan de hand is, is het met je gedaan.”

Toch gaan Van Pelt en zijn tien collega’s bijna nooit met een gasmaker op naar binnen. “We hebben het masker altijd in de hand. Waarom? Omdat we eerst willen weten waar we in terecht komen. Speciale gasmeters geven aan hoeveel gas er hangt, maar niet welk gas het is. Daar komen we het snelst achter door te ruiken. Elke grondstof en elk productieproces heeft zijn eigen geuren.”

VOC-geest

Enkele jaren geleden nog maar, reisden de mensen van het LFO vooral af naar het zuiden van Nederland om daar drugslabs te ontmantelen. Daarna volgenden de anonieme flats in de grote steden, waar brand ontstond na versnijden van drugs. Inmiddels zijn ze steeds vaker in het oosten en noorden te vinden. Ook de soorten drugs en grondstoffen die ze aantreffen veranderen continu. “Nederland heeft een echte VOC-geest op het gebied van drugs. De productie volgt razendsnel de vraag én de Nederlandse regelgeving. Want als een bepaalde grondstof op de verboden lijst komt te staan, vinden de producenten vrijwel meteen een vervanger die daar nog niet op staat. Zo kun je met makkelijk verkrijgbare, legale grondstoffen toch dezelfde drug maken.”

Productieland

“Nederland is het Colombia van Europa”, verzucht een collega van Ronald, in de pauze van een training. Het LFO ontvangt op deze geheime locatie regelmatig specialistische eenheden uit Nederland, Europa en de VS om hen te trainen in het herkennen van verschillende soorten synthetische drugs, de grondstoffen en de gevaren. Een twijfelachtige eer, die deels voortkomt uit de vele en diverse soorten drugs die in Nederland worden geproduceerd.

“We zijn in Nederland veel meer een productieland dan een gebruikersland”, verklaart Van Pelt. “Natuurlijk wordt hier ook gebruikt, maar verreweg de meeste productie is voor export. De prijzen zijn in andere landen dan ook vaak veel hoger. Een xtc-pilletje dat hier drie euro kost, verkoop je elders voor tien keer zoveel.” Nederland heeft alles wat de productie van drugs aantrekkelijk maakt: vakkundige labbouwers, vele locaties waar je onder de radar kunt blijven en grondstoffen die vrij verkrijgbaar zijn vanuit chemische fabrieken in China en Oost-Europa. Maar ook: relatief weinig opsporings- en vervolgingscapaciteit en lage straffen.

Kwikbesmetting

Verrassend genoeg neemt het aantal drugsdumpingen de laatste jaren juist enorm af. Dat verbaast Van Pelt niet. “We hebben gezien dat afval werd gedumpt door het te lozen vanuit een rijdende auto, het in de grond of in het afvalwater werd geloosd en nu zien we steeds vaker dat het afval gewoon blijft staan in ontmantelde drugslabs in plaats van het ergens te dumpen.” In de beginperiode van de crystal meth-productie in Nederland bleef er dan vaak ook een kwikbesmetting achter op de locatie.

Iets dat je niet ruikt of ziet maar wel zeer schadelijk is voor de gezondheid. “Kwik loop je ongemerkt door het hele huis. We hebben het gevonden op het erf van boerderijen, maar ook in woonkamers en slaapkamers van de kinderen.” Inmiddels is dat gevaar grotendeels geweken. “Kwik werd hier in eerste instantie gebruikt door Mexicanen, maar inmiddels is er alweer een nieuwe methode, waarbij kwik niet meer nodig is.”

Ruilhandel

Als er een nieuwe drug is die veel geld oplevert, zijn de Nederlanders er als de kippen bij om het te produceren. Zo werden Colombianen en Mexicanen naar Nederland gehaald om het vernietigende crystal meth te maken. Niet om het hier te verkopen, maar om het te exporteren naar landen als Australië en Colombia. Mogelijk in ruil voor cocaïne, dat hier populair is onder de bovenklasse. Er wordt wel eens gedacht dat de Mexicanen en Colombianen die hier komen ‘koken’ dat niet vrijwillig doen. Van Pelt twijfelt daarover. “Het kan natuurlijk zo zijn dat er sprake is van bedreiging, maar als Colombianen en Mexicanen in een klein Drents gehuchtje niet naar buiten mogen, dan vind ik dat niet zo raar. Ze vallen daar natuurlijk enorm op.”

Spijkerbroek

Wat verwacht Van Pelt van de toekomst? Allereerst telkens weer nieuwe drugs en grondstoffen, waarmee de Nederlandse wet omzeild kan worden. Bovendien steeds grotere drugslabs. Ketels van 4000 liter zijn tegenwoordig meer regel dan uitzondering. En daarnaast steeds weer veranderende productieprocessen.

De nieuwste rage is het inkoken van cocaïne in kleding en karton. Waar eerder de cocaïne tussen bananen werd verstopt, of door bolletjesslikkers door de douane werd gesmokkeld, wordt het nu vrijwel ontraceerbaar verwerkt in een spijkerbroek of een kartonnen doos. Niet te zien met de röntgenapparatuur van de douane en niet te ruiken door de drugshonden. Wat hij in ieder geval niet hoopt is dat crystal meth in Nederland meer gebruikt gaat worden. Hij laat foto’s zien van jonge mensen voor hun methgebruik en een paar maanden later. De aftakeling is afschuwelijk. “Vergelijkbaar met de heroïnespuiters van vroeger. Dat is het laatste dat we willen.”

Het verhaal van LFO stemt niet vrolijk. Toch merken Van Pelt en zijn collega’s dat het wel zin heeft om lokaal actie te ondernemen tegen drugsproductie. Door integrale controles te houden, door te flyeren, door voorlichting te geven over de risico’s van het verhuren van schuren en loodsen. “We merken dat daarover gepraat wordt in het criminele milieu. Het lijken misschien kleine acties, maar het werkt!”

Dit artikel hoort bij: Code Geel 15

Focus op synthetische drugs

Buitengebied busje met vaten

Tekst Andrea Jansen

Terwijl bijna dagelijks drugslabs en dumpingen van drugsafval opdoken in Noord-Brabant, Limburg en Oost-Nederland, bleef het in Noord-Holland stil. ‘Is het er niet, of zien we het niet?’, vroegen politie, OM, gemeenten en RIEC zich af.

Politie en RIEC besloten samen met partners flink te investeren in de informatiepositie op synthetische drugs. Het resultaat was schokkend. “We zagen geen synthetische drugs, maar het was er wel”, vertelt onderzoeker Eva Veerman van RIEC Noord-Holland. Sterker nog, Noord-Holland bleek een middenmoter als het gaat om productie en dumpingen. “We hadden er in Noord-Holland alleen te weinig oog voor. De focus lag meer op hennep. Uit ons onderzoek bleek dat er wel degelijk veel dumpingen waren geweest, maar die waren niet herkend of geregistreerd als drugsafval. En dat geldt ook voor opslaglocaties. Die werden opgeruimd, maar niet gelinkt aan drugs.”

Vreemde geur

Het projectteam waar Eva deel van uitmaakt lichtte de hele drugsketen grondig door. Het trok elke melding die binnenkwam bij politie of Meld Misdaad Anoniem helemaal na. Zelfs als het alleen maar ging om een vreemde geur. Ook combineerde het team data van verschillende partijen om te onderzoeken wat kwetsbare locaties zijn. Deze locaties werden vervolgens allemaal bezocht door een team van de omgevingsdienst, politie en gemeente. Om te controleren, maar ook om bewoners te waarschuwen voor misbruik door criminelen.

Eva kwam tot opvallende conclusies. “Bij drugslabs denk je vooral aan leegstaande schuren bij boerderijen. Maar bij ons bleken bijna alle labs juist middenin woonwijken te zitten. In rijtjeshuizen en schuurtjes. In één garagebox van 14 m2 werd een enorme hoeveelheid drugs geproduceerd.” Bovendien bleek op een deel van de locaties eerder al een hennepkwekerij te hebben gezeten.

Trends

Het onderzoek leverde 126 namen op van vermoedelijke spelers op de drugsmarkt, die daarvoor nog onbekend waren. Uit een cryptohack van de politie kwam ook veel informatie. Inmiddels is een compleet en zeer actueel beeld ontstaan van labs, dumpingen en opslag. Niet alleen de locaties en betrokken personen zijn in beeld, maar ook de acties van de verschillende overheidsdiensten. Is er bijvoorbeeld een bestuurlijke rapportage opgemaakt, een pand gesloten of een verdachte aangehouden of vervolgd? Het RIEC kan de trends op de voet volgen en problemen snel adresseren.

Verbaasd

Bij de start van het onderzoek bleek dat voor 52 procent van de opslaglocaties en 19 procent van de labs geen bestuurlijke rapportage werd opgemaakt. Politie en gemeenten waren daar erg verbaasd over, omdat zij niet in de gaten hadden dat het zo vaak mis ging. Door meer zicht en sturing liggen beide percentages inmiddels op honderd procent, waardoor gemeenten veel meer mogelijkheden hebben om in te grijpen. Ook wordt in samenspraak met het Openbaar Ministerie meer onderzoek gedaan door de politie: meer verhoren, meer forensisch onderzoek en meer buurtonderzoek. Dat levert bruikbare input op voor de politie, maar ook voor het integrale drugsbeeld.

Het RIEC wil als vervolgstap meer partners betrekken bij de aanpak van synthetische drugs. Uit het onderzoek kwamen 38 partijen naar voren die kunnen helpen bij deze aanpak. Van het meldpunt van de FIOD voor chemische transacties, tot aan afvalverwerkers. Ook gemeenten kunnen daarin een rol vervullen, door bijvoorbeeld in gesprek te gaan met die afvalverwerkers of met woningbouwcorporaties.

Eva: “We merkten vooral ook dat er veel onbekendheid is over de rol die publieke en private partners kunnen spelen. Iedereen weet wel dat notarissen en elektriciens van belang zijn voor criminelen, maar de rol van ketelbouwers, afvalverwerkers, de NVWA en vele andere organisaties, is vaak nog onbekend. Zo kwamen wij er bijvoorbeeld achter dat provincies een potje hebben voor het ruimen van drugsafval. Dat potje werd in Noord-Holland nooit gebruikt, totdat wij daar ruchtbaarheid aan gaven. Nu was in maart het potje voor 2022 al leeg.”

Dit artikel hoort bij: Code Geel 15

Vijf vragen aan… Team Ketentoezicht omgevingsdiensten

Een drone in de lucht

Tekst Andrea Jansen
Foto Shutterstock

In Oost-Nederland werken politie, Belastingdienst, Openbaar Ministerie en RIEC nauw samen met een speciaal team van de omgevingsdiensten om drugscriminaliteit aan te pakken. Code Geel stelde het team* vijf vragen over deze samenwerking, die uniek is in Nederland.

1. Wat is de rol van jullie team bij de aanpak van synthetische drugs?

“Team Ketentoezicht werkt voor alle negen omgevingsdiensten in Gelderland en Overijssel. Wij zijn liaison tussen deze omgevingsdiensten en de partners. Wij zijn grotendeels gericht op de samenwerking met overheidspartners bij de aanpak van ondermijning en milieucriminaliteit. Wekelijks werken we een hele dag samen aan het thema synthetische drugs in één ruimte met de politie, RIEC, Belastingdienst en OM. Wij helpen vooral met het in beeld brengen en de duiding van de productie- en opslaglocaties van synthetische drugs en de netwerken erachter. In de rest van Nederland gebeurt dit ook wel, maar dan zonder dat de omgevingsdiensten structureel aansluiten, terwijl wij juist merken dat wij informatie hebben, die de andere partners missen.”

2. Welke informatie kunnen jullie toevoegen aan dat beeld?

“Toezichthouders van de omgevingsdiensten hebben veel informatie over (bedrijfs)locaties. Via hen weten wij wie erbij betrokken zijn, welke vergunningen er zijn, welke verbanden er zijn met andere bedrijven, of er eerder controles zijn geweest, wat ze daarbij aantroffen en of er maatregelen zijn genomen. We weten ook welke activiteiten er zouden moeten plaatsvinden en welke afvalstoffen bij die activiteiten passen. En vaak hebben we ook bouwtekeningen en kunnen we dus zien hoe bedrijven eruitzien en welke faciliteiten er binnen panden aanwezig zijn. We mogen in Oost-Nederland die informatie delen met onze partners op basis van een convenant. Samen met de informatie van de politie en Belastingdienst, het OM en het RIEC ontstaat een heel compleet beeld van de casussen waar wij aan werken.”

3. Kunnen jullie ook helpen bij de interventies?

“Jazeker. De toezichthouders van de omgevingsdiensten zijn bevoegd om alle locaties met bedrijfsmatige activiteiten te bezoeken. Ter plekke kunnen zij zien of de stoffen die staan opgeslagen kloppen bij het bedrijfsproces en de vergunningen. De politie kan met hen mee en als er iets strafbaars wordt gezien, dan stappen zij naar voren. De toezichthouders hebben ook een rol bij dumpingen of afval op het terrein van een bedrijf en het verhalen van saneringskosten. Door de nauwe samenwerking en de focus op synthetische drugs hebben de omgevingsdiensten inmiddels veel meer kennis van bijvoorbeeld productieprocessen en chemicaliën. Waar toezichthouders eerder bijvoorbeeld alleen zagen dat de opslag niet correct was, zien ze nu ook dat het om grondstoffen voor drugsproductie zou kunnen gaan.”

4. Wat is voor jullie de meerwaarde van deze nauwe samenwerking?

“Allereerst: we maken de activiteiten inzichtelijk en we geven criminelen minder kans voor hun activiteiten. Maar ook het dagelijks werk van de toezichthouders is veranderd. We hebben door deze samenwerking hele korte lijntjes met alle partners. We houden elkaar goed op de hoogte van bijvoorbeeld dumpingen en stemmen dan samen af hoe we deze aanpakken. Zo kunnen politie en toezichthouders samen snel schakelen. Bovendien verzamelen we op deze manier ook veel meer informatie voor onze toezichthouders. Ze weten nu precies waar ze aan toe zijn bij controles. En ook is samen met onze partners een handelingskader gemaakt, zodat de toezichthouders in elke situatie meteen weten wat ze moeten doen. Dat is ook belangrijk voor hun veiligheid. Bovendien kunnen we sneller handhaven als de historie en omstandigheden duidelijk zijn.”

5. Wat zou je omgevingsdiensten in andere delen van Nederland aanraden?

“Wij denken dat nauwe samenwerking met omgevingsdiensten onmisbaar is bij de aanpak van ondermijning en al helemaal bij synthetische drugs. Het is voor omgevingsdiensten belangrijk om over goede informatie te beschikken en om goed in verbinding te staan met de partners. Maar het is ook voor een compleet beeld van de drugswereld noodzakelijk dat de informatie van de omgevingsdiensten wordt meegenomen in de analyse. Omdat wij wekelijks een dag nauw samenwerken in één ruimte hebben we onderling goed contact, zijn we open en vertrouwen we elkaar blind. We zijn echt één team.”

*Vanwege de aard van het werk willen de geïnterviewden niet met naam genoemd worden.

Dit artikel hoort bij: Code Geel 15

Tools voor de aanpak van synthetische drugs

Foto: Shutterstock

Tekst Eefje Goderie en Andrea Jansen
Foto Shutterstock (headerfoto)

De RIEC's ontwikkelen steeds meer concrete tools om ondermijning beter aan te pakken. In deze editie van Code Geel een overzicht van recente onderzoeken en praktische tools gericht op synthetische drugs.

Voor enkele hieronder genoemde tools is het nodig om in te loggen op het Kennisplatform Ondermijning. Nog geen account? Ga naar www.kennisplatformondermijning.nl

Dit artikel hoort bij: Code Geel 15

Colofon

Code Geel, 15 Jaargang 6

Publicatiedatum
donderdag 07 juli 2022
Hoofdredactie
Nadine Vaes
Productie
Communicatie LIEC
Eindredactie
Andrea Jansen
Eefje Goderie
Vormgeving
Leene Communicatie
E-mail
communicatie@liec.nl
Internet
http://riec.nl
Copyright
CC0 1.0 Universal