Tekst Andrea Jansen
Foto Pixabay

Ondermijnende criminaliteit bestrijden we het beste met een brede, maatschappelijke wijkaanpak, vindt prof. dr. Hans Boutellier van het Verwey-Jonker Instituut en de Vrije Universiteit Amsterdam. Aan Code Geel legt hij uit waarom.

Prof. dr. Hans Boutellier was zestien jaar lang directeur van het Verwey-Jonker Instituut. Inmiddels is hij er wetenschappelijk adviseur. Hij heeft diverse leerstoelen bekleed aan de Vrije Universiteit Amsterdam bij Bestuurswetenschappen en is daar momenteel bijzonder hoogleraar Polarisatie en Maatschappelijke Veerkracht.

“In sommige wijken zie je een stapeling van problemen. Sociale en psychische problemen, laaggeletterdheid, schulden. Weinig perspectief voor jongeren. De georganiseerde misdaad maakt daar gebruik van door jongeren in te zetten voor hand- en spandiensten en door misbruik te maken van bijvoorbeeld de detailhandel en de horeca. De verloedering wordt daardoor nog groter en dat werkt demoraliserend. Op deze manier is de ondermijnende criminaliteit een katalysator van de problematiek in deze wijken.”

“Dit zijn lokale problemen van nationaal belang”

“Die vicieuze cirkel maakt ondermijning een complex probleem. Aan de ene kant heb je de drugshandel, die zoveel geld genereert dat het een grote aanzuigende werking heeft en hele wijken erdoor verloederen. Aan de andere kant zijn er relatief weinig zichtbare slachtoffers. De relatie dader-slachtoffer is veel minder duidelijk dan bij andere vormen van criminaliteit. Eigenlijk is onze maatschappij het slachtoffer. Een dergelijke crisis van het systeem betekent ook dat alle partijen bij de oplossing betrokken moeten worden.”

Achterhoedegevecht

“Zo’n brede maatschappelijke aanpak is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Ik vergelijk het wel eens met een voetbalveld. In de achterhoede en in het doel staan de handhavers van politie, justitie en gemeenten. Die zijn nu veelal aan zet in de aanpak van ondermijning. Maar meestal komen ze pas in actie als het kwaad al is geschied. Het middenveld is daarom van groot belang in de preventie. Dat zijn bijvoorbeeld het onderwijs en de zorg. Partijen die eigenlijk helemaal niet zoveel met veiligheid te maken hebben, maar toch een cruciale rol spelen in het bestrijden en voorkomen van ondermijning. De voorhoede wordt gevormd door de burgers. Zowel de achterhoede als het middenveld moeten ervoor zorgen dat de burger aan de bal komt en hem ruggensteun geven als dat nodig is. Op dit moment voeren we nog te vaak een achterhoedegevecht en dat voelt soms als dweilen met de kraan open.”

“De beste leerkrachten zouden juist in die wijken moeten staan waar de problemen het grootst zijn”

Essays over wijkaanpak

In het kader van de aanpak van ondermijning schrijft Hans Boutellier, samen met onderzoekers, een serie van vier essays over het belang van de wijkaanpak in de strijd tegen ondermijning. Drie essays zijn inmiddels verschenen. Het eerste essay schetst een breed beeld van de wijkaanpak, het tweede gaat in op de rol van justitie en de rechtelijke macht en het derde op het belang van zorg en onderwijs. Binnenkort verschijnt het vierde essay, dat gaat over de governance van de wijkaanpak. De vier essays worden dit voorjaar gebundeld uitgegeven.

Meer lezen?

  1. Weerbare wijken tegen ondermijning
  2. Een wereld in wijken te winnen
  3. Sociaal weerbaar in de wijk

“Juist in de wijken waar de problemen zich opstapelen is het belangrijk om het gevoel van rechtvaardigheid te herstellen. Laten zien dat misdaad niet loont, maar tegelijkertijd het gevoel geven dat de overheid er óók voor de inwoners van deze wijken is. Daarvoor is het belangrijk dat er voldoende kwaliteit en capaciteit is in de handhaving.

Maar minstens zo belangrijk is het om mensen perspectief en kansen te bieden. Zoals Ahmed Marcouch, burgemeester van Arnhem, al eens zei: We moeten hen helpen de juiste afslag te nemen. Daarbij zijn onderwijs, werk en stabiliteit belangrijk. De beste leerkrachten zouden juist in die wijken moeten staan waar de problemen het grootst zijn.”

“In feite is het RIEC de coach van de integrale aanpak”

Focus

Het lijkt misschien alsof het om lokale problemen gaat. Maar dit zijn lokale problemen van nationaal belang. Je hebt geld, capaciteit en een lange adem nodig om structureel zaken te kunnen veranderen. De aanpak van Rotterdam-Zuid is een goed voorbeeld hiervan. Een nationaal programma voor een lokaal probleem, waarbij de inzet door alle partners voor twintig jaar gegarandeerd is. En focus. Ondermijning is een breed begrip, dus: wat ga je exact aanpakken? Maak duidelijke afspraken over taken en rollen van partners.


De RIEC’s hebben nu al een belangrijke faciliterende en verbindende rol. Bovendien maakt het RIEC vaak het aanvalsplan, in de vorm van interventievoorstellen. Die rol zou je verder kunnen uitbouwen door partners te helpen om de juiste positie in te nemen, beter samen te werken en nieuwe coalities te smeden. In feite is het RIEC de coach van de integrale aanpak. Het is wel belangrijk dat die rol ook geaccepteerd wordt door de spelers – dan gaat het pas echt goed werken.”